Energielevering-aspecten van de SCE

energienet

In dit artikel zoomen we in op de coöperatie als energieproducent in de Subsidieregeling Coöperatieve Energieopwekking (SCE). Als je als coöperaties gezamenlijk stroom opwekt, verkoop je die aan een energieleverancier. Je begeeft je dus op de energiemarkt. Om goed beslagen ten ijs te komen, is het zaak om je kennis en competenties op orde te hebben.

Wat moet ik doen?

Waar moet ik de opgewekte energie registreren als duurzame energie?

Certificeer je opgewekte energie als duurzame energie. Meld de installatie aan bij CertiQ en energieleveren.nl voor aansluitingen tot en met 3 x 80 A. Meld grotere aansluitingen bij CertiQ (voor SDE+ en grote SCE-projecten).

CertiQ geeft Garanties van Oorsprong-certificaten uit voor de door jouw installatie geproduceerde duurzame energie. Deze certificaten zijn de basis voor het verkrijgen van subsidie en/of het bewijs van de opwek van duurzame energie. Hiermee is de productie-installatie bij de netbeheerders bekend. Je kunt beginnen met produceren!

Hoe meld ik mijn project aan bij de energieleverancier?

Voordat je de stroom kan verkopen bij een energieleverancier hebben zij bepaalde gegevens van het project nodig. Zodra de energieleverancier deze gegevens heeft ontvangen zal je meestal binnen een paar dagen een offerte ontvangen. De volgende gegevens heeft een energieleverancier in ieder geval van je nodig:

Formulier PPA aanvraag

Coöperatie naam eigenaar

 

Adres + huisnummer, postcode, plaats

 

IBAN

 

Kvk nummer

 

Naam installatie*

 

Type project (PCR)

 

Locatie installatie (adres)

 

EAN code netaansluiting

 

EAN code installatie

  (pas bekend na aanmelding CertiQ)

Type aansluiting (GV / KV)

 

Verwachte startdatum levering

 

Gewenste contractduur

 

Vermogen installatie (kWp)

 

Productievolume per jaar (MWh)

 

*optioneel

Wat is een Power Purchase Agreement (PPA) en welke afspraken moet ik maken met de energieleverancier?

De prijs voor de stroom die uit je project geleverd wordt leg je vast in de Power Purchase Agreement (PPA). In deze overeenkomst regel je de rollen en verantwoordelijkheden van de verkopende partij (coöperatie/VvE) en de inkopende partij: de energieleverancier. Ook maak je een prijsafspraak, of bepaal je hoe deze prijs gedurende het contract tot stand komt. Zo kun je prijsafspraken maken zoals je dit ook met je energieleverancier thuis doet, bijvoorbeeld 1 of 3 jaar vast tarief.

De SCE is een subsidieregeling die met de markt meebeweegt. Bij de meeste energieleveranciers kun je een prijsafspraak voor de geleverde stroom maken of een product kiezen die de subsidie volgt. Zo ben je verzekerd van een vergoeding per kWh die met de markt meebeweegt.

Je kunt ook een vaste prijs afspreken, maar het is belangrijk om je te realiseren dat een vaste prijs zowel lager als hoger kan liggen dan de marktprijs. Dit kan dus zowel positieve als negatieve gevolgen hebben op de totale inkomsten per kWh voor je project.

Dit werkt als volgt: binnen de SCE word je gecompenseerd voor het verschil tussen de kostprijs om duurzame stroom op te wekken en de veelal lagere prijs die je krijgt voor de verkoop van de stroom. Dat is het deel wat je aan subsidie ontvangt. Daarnaast gaat de regeling uit van een correctie van het subsidiebedrag op basis van een gemiddelde marktprijs (Ongewogen APX/EPEX uur) minus wat de kosten van onbalans en de GVO-prijs in de markt zijn over het afgelopen jaar.

Het is dus aan de coöperatie om minimaal deze correctieprijs vergoed te krijgen bij de energieleverancier, zodat je het maximale uit de subsidie ontvangt. Zet je de prijs vast tegen een bepaald bedrag? Dan kan dit resulteren in een voordeel wanneer de prijs die is vastgelegd hoger is dan de uiteindelijke correctieprijs van de overheid. Echter, wanneer de vaste prijs lager blijkt dan de correctie prijs dan zal dit dus leiden tot een nadeel in de exploitatie van de productie-installatie. Wanneer je afspreekt met een energieleverancier om de correctieprijs te volgen dan weet je exact wat je over 15 jaar gaat ontvangen, namelijk de maximale subsidie.

Kijk hier voor alle soorten prijsafspraken: https://www.hieropgewekt.nl/kennisdossiers/wat-spreek-je-af-in-een-power-purchase-agreement

Additionele afspraken met je energieleverancier

Je kunt als coöperatie naast de prijs die je krijgt voor de energie ook nog extra inkomsten genereren. Namelijk door je leden te vragen zich als energieklant aan te melden bij dezelfde energieleverancier als waarmee de PPA afgesloten is. Hiervoor kun je een vergoeding afspreken.

Kijk bij het kiezen van een energieleverancier niet alleen naar prijs, maar neem alle eigenschappen die voor jouw coöperatie belangrijk zijn mee. Denk daarbij aan lokale binding, kundige en persoonlijke klantenservice voor je leden, hulp bij zaken die voor je coöperatie alleen lastig kunnen zijn en een goede bereikbaarheid van je aanspreekpunt bij de leverancier.

In Nederland kennen we vele verschillende energieleveranciers. Kijk goed welke past bij jouw coöperatie en bij jouw project. Daarnaast is niet iedere energieleverancier even duurzaam. Zie daarvoor dit overzicht: https://wisenederland.nl/duurzaamheid-nederlandse-energieleveranciers/

Waar zit onderhandelingsruimte?

Onderhandelen over prijzen kan altijd, maar houd er rekening mee dat energieleveranciers de offerte die je hebt gekregen, hebben opgesteld op basis van hun modellen en strategie. Ze zullen hier niet ver van afwijken. Wel kun je onderhandelen over de eerdergenoemde prijsafspraken. Bijvoorbeeld een vergoeding per aangebrachte energieklant.

Het is altijd een goed idee om in ieder geval bij één andere energieleverancier een offerte op te vragen als vergelijkingsmateriaal. Let op dat je dit doet bij een leverancier met een vergelijkbare propositie. Een grijze energieleverancier is niet te vergelijken met een groene, dan vergelijk je appels met peren.

Moet ik kiezen voor een korte of lange contractduur?

Bij een subsidievolgende prijsafspraak is de contractduur minder van belang. Bij een vaste prijsafspraak is deze wel belangrijk. Hierbij maak je een inschatting hoe lang het prijsaanbod dat je hebt gekregen nog aantrekkelijk is voor jouw coöperatie.

Verwacht je dat de prijzen de komende jaren lager zullen zijn dan de prijs die je hebt afgesproken, dan kun je een langer contract overwegen. Denk je dat de prijs die je hebt afgesproken nu nog aantrekkelijk is maar over een jaar de kans bestaat dat je een hogere prijs kan krijgen, overweeg dan een korter contract. Het klinkt misschien vreemd, maar in het geval van de SCE-regeling heb je de meeste zekerheid bij een subsidievolgend contract, zoals uitgelegd onder ‘prijsafspraak’.

Waar moet ik mijn productie-installatie aanmelden voor Garanties van Oorsprong (GVO's)?

Productie van Garanties van Oorsprong (GVO’s) moet eerst worden aangemeld via de netbeheerder. Zodra je afspraken met een handelaar in GVO’s hebt gemaakt (meestal je energieleverancier) moet je je project aanmelden bij CertiQ. Dit is de organisatie die de GVO’s voor jouw project zal verstrekken. Bij deze organisatie geef je onder andere aan wie jouw GVO's gaat afnemen, dit is de handelaar. 

Zie dit stappenplan van CertiQ

Wat zouden coöperatie aan potentiële deelnemers moeten communiceren?

Het deelnemen aan een coöperatief project is in potentie met name interessant voor mensen en bedrijven die geen zonnepanelen op hun eigen dak kunnen aanbrengen. Als men overweegt in te stappen in een collectief zijn de volgende punten van belang:

  • Duurzame energieprojecten hebben doorgaans een looptijd van 15 jaar of meer. Verhuizingen, overlijden en andere mutaties kunnen de samenstelling van de coöperaties wijzigen. Coöperaties moeten particulieren goed voorlichten welke gevolgen deze gebeurtenissen hebben en in de statuten vastleggen hoe hiermee wordt omgegaan. 
     
  • Voorgespiegelde rendementen kunnen ook tegenvallen! Het is belangrijk te communiceren dat leden buiten het toezicht van de ACM (Autoriteit Consument en Markt) beleggen en dat er derhalve geen vergunning- en prospectusplicht nodig is. Maar er zijn natuurlijk altijd risico’s verbonden aan een investering. Een financiële bijsluiter is onontbeerlijk voor het in kaart brengen hiervan. Lees voor meer informatie over de eisen aan communicatie bij financiële producten het artikel Wet of financieel Toezicht: waar moet je op letten? 

Lees meer:

Achtergrondinformatie

Hoe is de stroomprijs voor consumenten opgebouwd?

De prijs die door een consument voor elektriciteit wordt betaald bestaat uit leveringskosten, netbeheer, energiebelasting een opslag duurzame energie (ODE) en BTW (die ook wordt geheven over de energiebelasting en de opslag duurzame energie). De kosten van netbeheer (transportkosten) worden niet opgenomen in de energieprijs per kWh omdat dit een vast bedrag per maand is. Deze transportkosten worden jaarlijks berekend door de Autoriteit Consument en Markt (ACM). 

Het consumententarief bestaat dus uit leveringskosten en belasting. Deze prijs is als volgt opgebouwd:

  • De leveringskosten van de stroom: deze worden bepaald door de energieleverancier en verschillen dus van leverancier tot leverancier. 
  • De energiebelasting wordt jaarlijks door de overheid vastgesteld. De overheid heft energiebelasting om te stimuleren dat consumenten minder energie gebruiken. De korting op de energiebelasting via de postcoderoosregeling heeft betrekking op de eerste staffel verbruikte energie tot 10.000 kWh (het consumententarief). Kijk hier  voor meer informatie over de energiebelasting en de geldende tarieven.
  • De Opslag Duurzame Energie (ODE) is heffing die de overheid gebruikt om initiatieven voor duurzame energie te stimuleren en verder te ontwikkelen. Meer informatie over de Wet opslag duurzame energie is te vinden op www.overheid.nl.
  • De BTW: deze bedraagt 21% en wordt geheven over de totale kosten (leveringskosten, energiebelasting en ODE).

Bekijk voor meer informatie over de opbouw van de energierekening ook de website van de Energiekamer.  

Wat is de stroom die we als collectief produceren eigenlijk waard?

De waarde van de stroom die we als energiecoöperaties produceren is niet vooraf op waarde te schatten. De waarde is voor het grootste deel afhankelijk van de markt op dat moment en de prognoses die energieleveranciers maken over hoeveel dit gaat veranderen. Lijkt de markt omhoog te gaan, dan zal je waarschijnlijk een hogere prijs krijgen voor je stroom. Is het tegenovergestelde waar? Dan is het onwaarschijnlijk dat een leverancier een hoge prijs zal bieden.

Waarom zit er verschil in de stroomprijs van kleinverbruik versus grootverbruik projecten?

Over het algemeen zit er een behoorlijk prijsverschil tussen de verkoop van stroom uit zonprojecten met een grootverbruikaansluiting (GV) ten opzichte van projecten met een kleinverbruikaansluiting (KV). Dat prijsverschil komt voort uit onderstaande. Overigens kan de omgang hiermee verschillen per leverancier.

In de zonnige maanden wordt er meer energie uit zon opgewekt dan in de maanden met minder zon. Des te meer aanbod, des te lager de prijs. Dat betekent dat als je in de maanden met de meeste zon de laagste prijs krijgt voor je energie.

Met name GV heeft hier last van aangezien deze projecten op kwartierbasis worden afgerekend. Deze energie vertegenwoordigt voor energieleveranciers dus grofweg de energieprijzen op dat moment.

KV heeft hier minder last van aangezien deze op een andere manier afgerekend worden: aan de hand van een ingeschat productieprofiel waarbij de energieproductie wordt uitgespreid over het hele jaar. Dit profiel is veel meer in balans qua prijs in de verschillende maanden dan de daadwerkelijke markt. Dat betekent dat de waarde hiervan voor een energieleverancier hoger ligt.

De verwachting is dat de markt op dit punt zal veranderen, waarschijnlijk wordt het voordeel van KV ten opzichte van GV dan kleiner.

Wat zijn Garanties van Oorsprong (GVO’s)?

Bij het opwekken van stroom worden ook Garanties van Oorsprong (GVO’s) aangemaakt. Garanties van Oorsprong zijn het bewijs dat de stroom duurzaam is geproduceerd op een bepaalde locatie. Per 1.000 kWh die op het net wordt geleverd wordt 1 Garantie van Oorsprong uitgegeven aan je coöperatie. De GVO's kunnen worden verkocht aan diverse partijen en vertegenwoordigen een bepaalde waarde.

In de SCE wordt er door de overheid rekening mee gehouden dat de coöperatie inkomsten verwerft uit de GVO-verkoop. Jaarlijks maakt het Plan Bureau voor de Leefomgeving (PBL) een schatting wat de gemiddelde waarde van een GVO was en deze in mindering brengen op de subsidie. Dit is dus onderdeel van de correctieprijs.

Omdat er geen gereguleerde markt voor GVO's bestaat waarop de waarde ingezien kan worden, is het van belang de GVO-prijs goed mee te wegen in het aanbod van verschillende leveranciers. Ook is het mogelijk om een afspraak te maken met de leverancier om de door het PBL bepaalde prijs te volgen. Dat is wederom een vorm van risico-indekking om zo tot maximale subsidie-inkomsten te komen.

Het is niet verplicht om de GVO's te verkopen aan dezelfde partij die de stroom afneemt. Het kan zijn dat het los verhandelen van de stroom en de GVO's tot hogere inkomsten leidt. De waarde van GVO’s wordt net zoals veel andere markten bepaald door vraag en aanbod.

Goed om bij stil te staan is dat het los verkopen van GVO’s de stimulans kan wegnemen voor het opzetten van duurzame energieprojecten. Waarom zou leverancier X tenslotte investeren in meer duurzame projecten als ze simpelweg groene GVO’s kunnen inkopen en daarmee hun grijs ingekochte energie als groen kunnen verkopen.

Hoe werkt het systeem van Garanties van Oorsprong (GVO's)?

Een GvO wordt elektronisch aangemaakt. De certificatenrekening bij CertiQ waar GvO’s op worden geboekt, is vergelijkbaar met een bankrekening en de handel in GvO’s is vergelijkbaar met het digitale systeem van internetbankieren. Er is dus geen sprake van een papieren certificaat. GvO’s voor duurzame energie staan op de certificatenrekening van een handelaar. De handelaar kan GvO’s overmaken naar andere handelaren, maar hij kan er ook voor kiezen om GvO’s te gebruiken als bewijs van levering van duurzame elektriciteit aan een eindverbruiker. De handelaar kan verder certificaten intrekken, of GvO’s afboeken om grijze stroom te ‘vergroenen’. 

Het verifiëren van de oorsprong van energie werkt als volgt:

  1. De (regionale) netbeheerder of het meetbedrijf meet de hoeveelheid elektriciteit of warmte die door de installatie van de producent duurzaam is opgewekt. 
  2. De netbeheerder geeft de door hem verzamelde meetgegevens door aan CertiQ, meestal maandelijks. 
  3. De meetgegevens worden omgezet in GvO’s en bijgeboekt op de certificatenrekening van de handelaar die de producent op de inschrijving bij CertiQ heeft vermeld (of op een eindverbruikersrekening van de coöperatie).

Kun je GVO's verhandelen en wat zijn ze waard?

Ja, GvO’s zijn in principe los van de stroom te verkopen aan het energiebedrijf (of een handelaar); ze vertegenwoordigen een eigen waarde. De waarde is afhankelijk van vraag en aanbod en de herkomst van de stroom (zowel type als land) en varieert op dit moment tussen enkele tientallen centen en een paar euro. Het meest voor de hand liggend is om de GvO’s te verkopen samen met de opgewekte stroom, maar dat hoeft niet.

Deze lijst van veelgestelde vragen en antwoorden is opgesteld door HIER en de expertgroep postcoderoos, met vertegenwoordigers van Energie Samen, GrEK, AGEM, OM| Nieuwe Energie en Greenchoice. De informatie werken we regelmatig bij. Heb je vragen? Stuur een mailtje naar vraag@hier.nu. Aan de inhoud van dit artikel kunnen geen rechten worden ontleend. Het verdient aanbeveling om zo nodig in concrete gevallen advies in te winnen.

Op de hoogte blijven?

Ontvang tips, artikelen, nieuws en meer! Geef hieronder aan welk thema je voorkeur heeft.

Lees voor meer informatie ons privacybeleid
Lijsten