Hoe ondersteun je energie-initiatieven op buurtniveau? Ervaringen van twee deskundigen.

warmtescan buurtinitiatief

Onder meer door de snel stijgende energieprijzen schieten buurtinitiatieven op het gebied van energiebesparing in heel Nederland als paddenstoelen uit de grond. Wat gaat daarbij goed en wat kan beter? En hoe kan samenwerking op lokaal en regionaal niveau deze initiatieven versterken? Twee ervaringsdeskundigen delen hun visie, ervaringen en tips.

1. Buurtinitiatieven op het platteland

Marjan Faber stuurt als projectleider Energieteam Fryslân een netwerk aan van meer dan honderd energiecoaches en -adviseurs die mensen met een smalle beurs in Friesland energiebegeleiding bieden. Energiearmoede is namelijk ook een groeiend probleem in deze provincie, die naast de meeste energiecoöperaties ook veel buurtinitiatieven telt.

Provinciale energiebank

Met de oprichting van een eigen provinciale energiebank had Friesland in april 2022 een primeur in Nederland. De bank stelde maar liefst 2,5 miljoen euro ter beschikking aan buurtinitiatieven die Friezen ondersteunen in de energietransitie. Met het geld krijgen mensen onder meer hulp en advies bij zaken als het aanvragen van overheidsregelingen en de financiering van energiebesparende maatregelen. “Energiearmoede is helaas een probleem op zich geworden”, aldus Faber. “Daar is onze energiebank een antwoord op.”

Lokale netwerken benutten

Lokale sportclubs, kerken en dorpshuizen zijn volgens Faber dé plaatsen om in contact te komen met de voornaamste doelgroep voor energiehulp. “Armoede in het algemeen en ook energiearmoede gaat vaak samen met schaamte. Mensen houden hulp daarom vaak af. Als je ze benadert via hun vertrouwde plekken en contacten, gaat de deur vaak alsnog op een kier”, aldus Faber. “En dat is belangrijk, want op adressen waar niet wordt opengedaan is hulp vaak ’t hardst nodig.”

Fixteams: hulp op maat

Voor praktische hulp met energiebesparende maatregelen zijn op steeds meer plaatsen in Friesland zogenaamde Fixteams actief. Deze energieadviseurs en -coaches gaan onder aansturing van een coördinator in hun eigen buurt op pad om huishoudens met een smalle beurs te helpen. De provincie ondersteunt de Fixteams onder meer met financiering en opleidingen. Faber kan het model van regionale aansturing, lokale invulling en praktische ondersteuning op maat van harte aanbevelen. “Mensen uit de buurt weten het best waar welke hulp het meest nodig is.”

Kennisuitwisseling tussen gemeenten

Faber is blij om te zien dat gemeentes steeds meer kennis en ervaring uitwisselen op het gebied van energiebegeleiding op lokaal niveau. Zo hoeft niet elke gemeente steeds opnieuw het wiel uit te vinden en worden buurtinitiatieven steeds effectiever en uniformer”, aldus Faber.

2. Buurtinitiatieven in de stad

Ook in grote steden zijn buurtinitiatieven voor een praktische invulling van de energietransitie in opkomst. Zo helpt de Utrechtse energiecoöperatie Energie-U bewoners om duurzame energie thuis, in hun buurt en in stad aan te jagen, te organiseren en te bewaken. “De energietransitie in Utrecht ging niet goed en niet snel genoeg”, schetst Sander Willemsen van Energie-U de reden voor de oprichting van de coöperatie in 2010.

Energieambassadeurs

Willemsen vertelt dat Energie-U al vrij snel na de oprichting een netwerk van zogenaamde energieambassadeurs oprichtte. “Met hun expertise op het gebied van energiegebruik helpen zij graag vrijwillig andere mensen op weg”, schetst Willemsen. “Inmiddels hebben we ook een betaalde opdracht van de gemeente gekregen om het netwerk en de kennis van deze ambassadeurs te laten groeien en beschikbaar te stellen aan zoekende medebewoners. De ambassadeurs leveren zoveel mogelijk hulp op maat. Ze geven bijvoorbeeld energie- zonnepanelenadvies of komen bij mensen thuis voor een cv-check of een warmtescan om energielekken op te sporen in hun woning.”

Voorwaarden aan verduurzaming

Willemsen signaleert dat burgers meestal niet onwelwillend tegenover de energietransitie staan, maar niet zomaar elke energiemaatregel – van groene daken tot zonnepanelen of isolatie – als zoete koek slikken. In de Utrechtse wijk Overvecht stonden mensen bijvoorbeeld kritisch tegenover het aardgasvrij maken van hun woningen. “Een groep bewoners besloot niet af te wachten en sloeg de armen ineen. Zo kwamen ze tot een manifest met een lijst van punten waar een aardgasvrije buurt voor hen aan moest voldoen”, vertelt Willemsen. “Op basis daarvan gingen ze in gesprek met de gemeente en met Eneco om tot een passende vorm van ‘buurtwarmte’ te komen.” Energie-U speelde vooral in het begin een rol bij het leggen van contacten tussen de partijen en organiseren van het samenwerkingsproces. Zo kan een grotere energiecoöperatie in de stad kleinere bewonersinitiatieven helpen om hun eigen stappen te zetten.

Energiearmoede lokaliseren

Voor buurten waar nog geen energiehulp aangeboden wordt, adviseert Willemsen om eerst eventuele energiearmoede te lokaliseren. Het loont om daarvoor bestaande netwerken te benutten, ook in de grote stad. “Om lagere inkomens te bereiken, zochten wij in de wijk Overvecht contact met de Voedselbank. Zij kennen de hulpbehoevende mensen immers al”, vertelt Willemsen. “Vervolgens pleegden we met elke ‘klant’ een telefoontje en boden we onze gratis energiehulp aan. Dat werkte heel goed.”

Dit artikel is gebaseerd op de sessie 'Buurtinitiatieven versterken door samenwerking op lokaal en regionaal niveau' tijdens het Evenement HIER opgewekt op 14 februari 2023. 

Op de hoogte blijven?

Ontvang tips, artikelen, nieuws en meer! Geef hieronder aan welk thema je voorkeur heeft.

Lees voor meer informatie ons privacybeleid
Lijsten