Participatiemonitor 2021: Nog geen groei zichtbaar in aandeel lokaal eigendom

Monitor Participatie

Uit de Participatiemonitor 'Participatie hernieuwbare energie op land 2021' blijkt dat het aandeel lokaal eigendom bij energieprojecten nagenoeg gelijk is gebleven aan de voorgaande kalenderjaren. Er is nog geen duidelijke groei zichtbaar. Omdat afspraken over participatie vaak vroeg in het ontwikkelproces gemaakt worden, is die groei naar verwachting pas in de komende jaren zichtbaar. Een zichtbaar effect van het Klimaatakkoord is volgens de onderzoekers te verwachten bij zonneparken die gerealiseerd worden vanaf 2023-2024 en bij windparken gerealiseerd vanaf 2026-2027.

In het Klimaatakkoord is specifiek afgesproken dat er wordt gestreefd naar 50% eigendom van de lokale omgeving bij de productie van wind- en zonne-energie op land in 2030. Dit om het draagvlak voor duurzame energieprojecten te bevorderen door mensen in de directe omgeving erbij te betrekken. 

De Participatiemonitor heeft in kaart gebracht in hoeverre er sprake is van lokaal eigendom en financiële participatie bij zonneparken en windparken op land. 

Twee vragen stonden centraal:

  1. Krijgt het streven naar 50% lokaal eigendom vorm in de praktijk?
  2. Draagt participatie bij aan meer draagvlak en/of acceptatie van hernieuwbare energieprojecten op land?

Het komt erop neer dat op basis van deze derde monitor nog niet te zeggen valt of het goed gaat met de realisatie van de afspraken die in het Klimaatakkoord zijn gemaakt om te streven naar 50% lokaal eigendom van hernieuwbare energieprojecten. 

Belangrijkste conclusies:

  • Met 22,9% is het aandeel zonnestroom met lokaal eigendom in 2021 gelijk aan 2020 (22,9%) en iets hoger dan in 2019 (22,1% nulmeting).
     
  • Het aandeel lokaal eigendom bij wind is in 2021 met 32,2% ongeveer gelijk gebleven (2020: 32,9%). In vergelijking met de nulmeting in 2019 is het aandeel echter substantieel afgenomen (2019: 53,4%). Dit komt door realisatie van grote windparken, die niet in eigendom zijn van lokale partijen.
     
  • Het aantal zonneparken met een omgevingsfonds is toegenomen ten opzichte van de nulmeting (2019), maar relatief gezien vrijwel gelijk gebleven aan 2020. Bij windprojecten is een omgevingsfonds meer norm dan uitzondering, zeker voor grotere projecten. In 2021 draagt twee derde van de windprojecten (verantwoordelijk voor 87,8% van de jaarlijkse productie) bij aan een omgevingsfonds.
     
  • Een veel voorkomende omwonendenregeling bij zonprojecten bestaat uit een aanbod van stroom aan bewoners en bedrijven in de lokale omgeving (31% van de productie). Dit is gelijk aan de situatie in 2020 en iets hoger dan in 2019 (nulmeting). Bij wind is sprake van een daling van het aantal projecten met een omwonendenregeling, waarschijnlijk door de realisatie van meerdere windparken op aanzienlijke afstand van woonkernen. Er wordt wel vaker lokale stroom aangeboden.
     
  • Het valt nog niet te zeggen of het goed gaat met de realisatie van de afspraken uit het Klimaatakkoord over het streven naar 50% lokaal eigendom. De onderzochte projecten zijn geïnitieerd vóór het Klimaatakkoord. Gezien de doorlooptijden van projecten kan pas in 2023/2024 (zon) en 2026/2027 (wind) een zichtbaar effect verwacht worden.
     
  • Het rapport stelt dat veel nuance verloren gaat wanneer alleen naar het procentueel aandeel lokaal eigendom gekeken wordt. Het gaat erom dat het coöperatieve gedachtengoed een rol heeft in de energietransitie, iets dat steeds meer het geval is. Daarom zullen volgende monitors ook vooruit kijken naar projecten die in de pijplijn tot ontwikkeling zitten. 
     
  • Daarnaast zal kwalitatief onderzoek worden gedaan naar burgertevredenheid bij projecten, en naar voorkeuren van verschillende vormen van financiële participatie.
     
  • Omgevingsparticipatie in het algemeen, en het streven naar 50% lokaal eigendom in het bijzonder, staat bij alle betrokken partijen op het netvlies. Aanbevolen wordt om geduld te hebben, maar wel een vinger aan de pols te houden.
     
  • Het streven naar 50% lokaal eigendom wordt soms relatief smal of als harde eis gezien, wat vertragend kan werken. Daarom wordt geadviseerd om slim te investeren in capaciteit, kennis en kunde op het gebied van participatie.

Download hier de gehele Participatiemonitor 2021

Samenwerken is cruciaal

Om lokaal eigendom in de (toekomstige) praktijk daadwerkelijk te realiseren vindt HIER het cruciaal dat verschillende partijen goed gaan samenwerken. Zo is het van belang dat gemeenten participatie en lokaal eigendom in hun beleid opnemen en ook uitvoeren. En dat projectontwikkelaars en energiecoöperaties gaan samenwerken en samen lokale duurzame opwekprojecten ontwikkelen.

Dit vraagt om een goed samenspel tussen de driehoek gemeenten-projectontwikkelaars-energiecoöperaties. Dat veronderstelt op de eerste plaats een basaal vertrouwen in elkaar. Wil de ontwikkelaar wel echt delen? Is de coöperatie wel in staat om te leveren? Is de gemeente in staat partijen bij elkaar brengen in een constructief proces?

De partijen dragen een gedeelde verantwoordelijkheid om elkaar aan te spreken, te helpen en samen te zoeken naar spelregels die de samenwerking bevorderen. Om in de praktijk opwekprojecten in lokaal eigendom daadwerkelijk te realiseren.

Op de hoogte blijven?

Ontvang tips, artikelen, nieuws en meer! Geef hieronder aan welk thema je voorkeur heeft.

Lees voor meer informatie ons privacybeleid
Lijsten